Loading the page...
 

BACK

 

Vlak na het huwelijk van Willink en Sylvia ging Mathilde in ondertrouw met George Muller, een galeriehouder. Ook Gerard Vitali werd als minnaar gepresenteerd. Deze heeft later in ± 1988 vanuit de gevangenis in Cadiz in Spanje (wegens drugsgebruik) een interview gegeven aan de Telegraaf als “minnaar van Mathilde”, aan misdaadverslaggever Cees Koring. Koring schreef ook op 16-12-1978 “Mathilde is vermoord” en 8-10-1988, ook over deze zaak.

 

Op 21 oktober werd de auto, een Jensen, in de garage in brand gestoken. Een waarschuwing? Vier dagen later, op 25 oktober 1977, was Mathilde de Doelder, 39 jaar, dood. Henk van der Meijden was er als de kippen bij, en ontving van George Vitali enkele zakjes “witpoeder” van onder het matras waarop het lichaam lag, onder het oog van de domme dienders! Obstructie van de rechtsgang? Zou je denken, maar nee: Van der Meijden kreeg een prijs voor al zijn journalistieke werk.

 

De mode ontwerpster die Mathilde sinds ±1972 kleedde, Carla Ping-Poen, was haar beste klant kwijt en ging sindsdien minstens twee maal failliet en leunt nog steeds op de naam van Mathilde.

’Dit portret van zijn geliefde overleden vrouw WILMA, wilde  Willink nooit verkopen, tot grote ergernis van Mathilde, die liever geld zag. Uit jaloezie ging ze het met een keukenmes te lijf, dwars door Wilma’s oog. In de ogen van de schilder een laffe domme actie.

 

En  natuurlijk heeft hij zich van haar gedistancieerd in 1975.

 

1975

Aanleiding was dat Carel Willink in de zomer van 1975 een nieuwe levenspartner koos: Sylvia Maria Elisabeth Quiël (1944). Zij woonde vanaf 1975 bij hem en hij begon haar direct te schilderen. Omdat Mathilde de scheiding stagneerde, konden Willink en Sylvia pas op 5 juli 1977 eindelijk hun partnerschap bezegelen met een huwelijk en werd Sylvia de vierde mevrouw Willink. Dit tot grote ergernis van de jaloerse Mathilde.

De schandaalpers aangevoerd door Henk van der Meijden bliezen de zaak flink op. Het zogenaamde “sprookjeshuwelijk” was voor Carel Willink een nachtmerrie geworden waaraan hij in 1975 krachtig een einde maakte.

Na de separatie in 1975 betaalde Willink voor zijn ex een appartement aan de Keizersgracht. Verhalen als zou zij “zonder een cent op straat zijn gezet” zijn onzin.

 

1975

NEXT